|
  
Pasta maken
Pasta is toch het allerlekkerste als je het zelf maakt en het is zeker goedkoop.
Voor een hoeveelheid pasta voor 6 personen als voorgerecht of 4 personen als hoofdgerecht heb je nodig:
300 g bloem
3 eieren
30 ml olijfolie
zout
1. Bestuif het werkblad eerst met wat bloem en leg dan de bloem in een bergje op het werkblad en maak een kuiltje in het midden.
2. Breek de eieren in het kuiltje, voeg de olie en een flinke snuf zout toe. Vermeng met een vork de eieren en de olie en een beetje van de bloem.
3. Meng geleidelijk de bloem door het eimengsel en werk hierbij vanuit het midden. Houd met je andere hand de bloem op z'n plaats; zo voorkom je dat er ei wegloopt.
4. Kneed het deeg op een met bloem bestoven oppervlak. Keer het deeg regelmatig om. Het deeg moet zacht en soepel zijn, maar tegelijkertijd droog aanvoelen. Als het plakt, kan je nog wat extra bloem toevoegen.
5. Ongeveer 6 min. kneden. Blijf niet te lang doorkneden anders blijft het deeg aan je handen plakken. Doe het deeg onder een theedoek of een omgekeerde schaal. Laat het deeg 30 min. rusten. Het deeg kan eventueel ook worden gemengd in een keukenmachine.
Uitrollen en snijden met de hand
1. Verdeel het deeg in 3 of 4 handzame porties en bedek deze met een theedoek om uitdrogen te voorkomen.
2. Bestuif een groot werkvlak met bloem. Rol een portie deeg uit met een grote, met bloem bestoven deegroller.(of wijnfles) Rol vanuit het midden naar buiten.
3. Rol het deeg uit en rol van je af. Draai het deeg regelmatig een kwartslag. Gebruik net genoeg bloem om plakken te voorkomen. Rol het deeg tot een cirkel, vouw het deeg op en rol het opnieuw uit. Herhaal dit proces zo'n 7 of 8 keer; rol het steeds uit tot een gladde, ronde lap van 5mm dik.
4. Rol het deeg uit tot een lap van 2,5 mm dik Repareer eventuele scheurtjes met een stukje deeg en wat water.
5. Leg de lap deeg op een schone theedoek. Als je gevulde pasta maakt, leg dan een doek over het deeg. Als dat niet het geval is, laat je het deeg onafgedekt liggen tot je de rest van de deegporties bewerkt hebt, zodat het deeg iets kan drogen.
6. Snijd voor lasagnevellen het deeg in de gewenste grootte. Voor lange, platte pastasoorten rol je het deeg op en snijd je het met een scherp mes in gelijke slierten. De slierten zijn circa 8 mm breed voor tagliatelle, 5 mm voor fettucine en 3 cm voor pappardelle. Gooi de restjes weg. Laat de pasta in een enkele laag maximaal 10 min. drogen op een theedoek. Lange pasta kan ook van een vel gesneden worden met een deegradertje. Een deegradertje met een gekarteld wieltje wordt gebruikt voor lasagnette en farfalle. Droog de pasta niet in een koude of tochtige ruimte, want dan wordt deze broos. Pasta moet langzaam drogen.
Tips bij het pasta koken:
Er zijn een aantal ‘geheimpjes' die ervoor zorgen dat je pasta nog lekkerder wordt. We zetten ze even voor je op een rij:
1. Zorg ervoor dat je een grote pan gebruikt met ruim voldoende water; 1 liter water per 100 gram pasta. Je voegt de pasta en een scheutje zout pas toe als het water goed kookt.
2. Olijfolie wordt slechts aan het water toegevoegd als de pastavellen groter zijn dan het formaat van een lasagne-vel of bij verse pasta waarbij deze anders aan elkaar zou kunnen plakken.
3. Voeg lange pasta in één keer toe.
4. Roer de pasta door het water met een houten pollepel.
5. Doe nadat je de pasta in het water gedaan hebt direct de deksel voor 2/3 deel op de pan om het water zo snel mogelijk weer aan de kook te brengen.
6. Verse pasta kook je maar een enkele minuut.
7. Het is belangrijk om de pasta na het afgieten direct in een voorverwarmde schaal, een pan met saus of de pan waarin de pasta is gekookt te doen. Laat pasta nooit te lang in het vergiet zitten, want dan wordt het een plakkerige massa. Een beetje boter of olie voorkomt plakken. Je kunt ook een beetje van het kookvocht over de pasta gieten en de pasta omschudden. Spoel in geen geval de pasta af met koud water tenzij je de pasta wilt gebruiken in een koude salade. Het koude water stopt namelijk het garingsproces.
|
